Adresgegevens

Noorderhoofdstraat 23
1561 AS Krommenie

Tel: 075-6216655
E-mail: info@noorderapotheek.nl

Terug naar overzicht

Medische Encyclopedie

Medische encyclopedie > Geneesmiddelen zoeken > Geneesmiddelen overzicht > vaginale ring met ethinylestradiol en etonogestrel

Inhoud

vaginale ring met ethinylestradiol en etonogestrel

Dit medicijn is een anticonceptiemethode in de vorm van een flexibele ring die men drie weken achtereen in de vagina draagt.

De ring bevat de vrouwelijke geslachtshormonen ethinylestradiol en etonogestrel. Ethinylestradiol is een oestrogeenhormoon en etonogestrel een progestageenhormoon. Oestrogeen- en progestageenhormonen spelen een belangrijke rol bij de vruchtbaarheidscyclus. De vaginale ring geeft dagelijks een kleine hoeveelheid hiervan aan het bloed af. Deze hoeveelheid is vergelijkbaar met een zogenaamde sub-30-pil. Dit betekent dat de dagelijkse dosis minder is dan 30 microgram oestrogeenhormoon.

De vaginale ring wordt gebruikt om zwangerschap te voorkomen. Hierbij wordt het ook wel gebruikt om de menstruatie uit te stellen.

Wat doet vaginale ring met ethinylestradiol en etonogestrel en waarbij gebruik ik het?

Voorkomen van zwangerschap

Werking
De combinatie van oestrogeen- en progestageenhormonen in de ring remt de eisprong en voorkomt dat er een eicel vrijkomt tijdens de cyclus. Bovendien maakt het de slijmprop in de baarmoederhals moeilijk doordringbaar voor zaadcellen. Ook de binnenkant van de baarmoeder wordt minder geschikt voor het innestelen van een eventueel bevruchte eicel.

Dit medicijn is een middel van de derde generatie. Artsen schrijven meestal eerst een anticonceptiepil met een ander progestageenhormoon voor, zoals levonorgestrel, lynestrenol of norethisteron. Deze progestagenen behoren tot de zogenaamde tweede-generatiepillen. Bij gebruik van een tweede-generatiepil loopt u minder kans op de ernstige bijwerking trombose, terwijl de werking hetzelfde is.

Wanneer u bijwerkingen ervaart bij gebruik van een tweede-generatiepil of als u het lastig vindt elke dag een pil te slikken, kan uw arts dit medicijn voorschrijven.    

Wanneer beginnen?
Om zeker te zijn van een betrouwbare anticonceptie, moet u de eerste keer de ring inbrengen op de eerste dag van de menstruatie. De ring is dan meteen betrouwbaar. Kies hiervoor de eerste dag dat de menstruatie goed doorzet. Sommige vrouwen hebben namelijk daarvoor een aantal dagen last van licht bloedverlies (‘spotting”).

Als u eerst een andere anticonceptiemethode heeft gebruikt: zie de rubriek ‘Hoe moet ik dit medicijn gebruiken.’

Effect
De betrouwbaarheid van de vaginale ring is vergelijkbaar met de gewone anticonceptiepil. Voor vrouwen die vaak de gewone pil vergeten in te nemen, kan het gebruik van de ring van voordeel zijn. Men hoeft er immers dan drie weken lang niet aan te denken.

De ring moet wel precies volgens de gebruiksaanwijzing worden gebruikt. Zie hieronder bij ‘Hoe moet ik dit middel gebruiken?’ In de praktijk blijkt slordigheid bij het gebruik de oorzaak van enkele zwangerschappen te zijn geweest.

Lees meer over voorkomen van zwangerschap . “

Menstruatie uitstellen

U kunt verschillende reden hebben om uw menstruatie uit te willen stellen. Bijvoorbeeld tijdens de vakantie, een sportwedstrijd of vanwege een operatie. Als u de vaginale ring zonder stopweek doorgebruikt, kunt u de menstruatie uitstellen.

Lees meer over menstruatie uitstellen . “

Wat zijn mogelijke bijwerkingen?

Bij sommige vrouwen veroorzaakt dit medicijn bijwerkingen. Als deze bijwerkingen na drie maanden blijven bestaan, is het zinvol met uw arts te overleggen of een andere anticonceptiemethode geschikter voor u is.

De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende:

Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)

  • Vaginaal bloedverlies buiten de stopweek ('spotting'), pijn tijdens de stopweek of zeer zelden meer bloedverlies tijdens de stopweek.

    U heeft meer kans op 'spotting' als u de stopweek overslaat of als u rookt. De vaginale ring blijft betrouwbaar, als u hem volgens de gebruiksaanwijzing hebt gebruikt. Deze tussentijdse bloedingen gaan meestal binnen drie maanden over. Als u last blijft houden, raadpleeg dan uw arts.

  • Infectie van de vagina, waardoor irritatie, jeuk en pijn kunnen ontstaan, soms met afscheiding of een onaangename geur. Als u dit merkt neem dan contact op met uw arts.

  • Verlies van de ring, bijvoorbeeld als de ring niet goed is ingebracht of als u een tampon verwijdert. Ook kunt u de ring verliezen tijdens de geslachtsgemeenschap of bij een moeilijke stoelgang.

    Bij verlies van de ring kunt u het best de ring even schoonspoelen met lauw water en direct weer plaatsen. Is de ring langer dan 3 uur uit de vagina geweest? Dan moet u aanvullende maatregelen nemen, zoals condooms. Zie hieronder bij 'Wat moet ik doen als ik een dosis ben vergeten?'

  • Buikpijn en zeer zelden diarree of verstopping

    Als u vooral buikpijn in de stopweek heeft, kunt u de ring zonder stopweek doorgebruiken. Overleg hierover met uw arts.

  • Misselijkheid en zeer zelden braken. De misselijkheid verdwijnt meestal binnen 3 maanden.

  • Gevoelige borsten of zeer zelden groter worden van de borsten

    Meestal heeft u binnen 3 maanden geen last meer van gevoelige borsten.

  • Gewichtstoename en zeer zelden meer eetlust en vasthouden van vocht (dikke enkels of voeten).

    Het is onduidelijk of u zwaarder wordt door de anticonceptiering. Mogelijk wordt u zwaarder doordat u meer vocht vasthoudt.

  • Depressie, stemmingswisselingen, sneller geïrriteerd raken of vermoeidheid

    Als u dit merkt, neem dan contact op met uw arts.

  • Minder zin in vrijen

    De hormonen in de ring kunnen invloed hebben op uw zin in seks. Als u hier problemen mee heeft, overleg dan met uw arts.

  • Acne of zeer zelden huiduitslag en jeuk

Zeer zelden (bij minder dan 1 op de 100 mensen)

  • Wegblijven van de menstruatie

    Als u een keertje geen menstruatie krijgt is dat niet erg. U kunt gewoon op de normale begindag starten met een nieuwe ring. Blijft bij u de menstruatie twee keer na elkaar uit? Controleer dan of u zwanger bent. U kunt een zwangerschapstest uitvoeren als u nog maar een paar dagen over tijd bent. Neem contact op met uw arts voor advies.

  • Beschadiging van de vagina doordat de ring breekt

    De ring kan breken als u ook medicijnen of glijmiddel voor in de vagina gebruikt. Verwijder de ring en plaats zo snel mogelijk een nieuwe ring. Neem gedurende 7 dagen aanvullende maatregelen, zoals condooms.

  • Vastkleven van de ring in de vagina

    Neem contact op met uw arts als u dit merkt. Uw arts kan dan de ring verwijderen.

  • Duizeligheid, wazig zien of opvliegers

  • Trombose, waarbij een bloedstolseltje een bloedvat kan afsluiten. Dit gebeurt meestal in een been, soms komt het bloedstolsel in de longen terecht. U kunt trombose herkennen aan een dikke, harde, rode en pijnlijke plek op het been, soms aan pijn in de kuit en een zwaar gevoel in het been, zelden aan plotseling optredende kortademigheid, soms met pijn of het ophoesten van bloed. Waarschuw in deze gevallen onmiddellijk een arts, of ga meteen naar de Eerste-Hulpdienst.
    Vrouwen ouder dan 35 jaar, die roken, een hoge bloeddruk, te veel cholesterol in hun bloed of overgewicht hebben lopen meer risico. Ook bestaat er een erfelijk bepaalde aanleg voor trombose (factor 'V Leiden').

    Uit onderzoek is gebleken dat derde-generatiepillen met desogestrel een grotere kans op trombose geven dan de oudere tweede-generatiepil. Omdat de vaginale ring met etonogestrel vergelijkbaar is met de derde-generatiepillen is het risico van trombose ook groter. Als u eerder trombose heeft gehad, kunt u deze vaginale ring niet gebruiken. Als in uw familie trombose voorkomt, overleg dan met uw arts.
    Overleg ook met uw arts als u een operatie moet ondergaan, enige tijd bedrust moet houden of niet mag lopen. De kans op trombose kan dan tijdelijk verhoogd zijn.

  • Hart- en vaataandoeningen, zoals meer kans op een hartaanval. De kans hierop is groter bij mensen die al meer risico lopen op hart- of vaataandoeningen. Zoals bij mensen die al eerder een hartaanval hebben gehad. En mensen met perifeer arteriaal vaatlijden, zoals etalagebenen of een vernauwing of afsluiting van de beenslagader.

    Overleg met uw arts voor u dit medicijn gaat gebruiken. Mogelijk kan uw arts u een andere medicijn voorschrijven.

  • Borstkanker. Het risico op borstkanker is iets hoger, dan bij vrouwen die geen hormonen gebruiken. Bij vrouwen boven de vijftig neemt het risico op borstkanker toe. Vandaar dat het gebruik van de pil wordt afgeraden boven de vijftig. Bij vrouwen die borstkanker hebben of hebben gehad, kan de tumor groeien of terugkomen door het gebruik van dit middel. U kunt dit middel daarom beter niet gebruiken. Overleg met uw arts over een mogelijk alternatief.

  • Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan huiduitslag en galbulten. Dit kan zich uiten in 'angio-oedeem': een zwelling van het gezicht, lippen, mond, tong of keel. U kunt hierbij erg benauwd worden. Als dit ontstaat, moet u onmiddellijk een arts opzoeken of naar de Eerste-Hulpdienst gaan.

    U mag dit soort middelen in de toekomst dan niet meer gebruiken. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn of een ander oestrogeenhormonen niet opnieuw krijgt.

  • Galstenen, leveraandoeningen of alveesklierontsteking. De galstenen zelf zijn vaak pijnloos, een enkele keer ontstaat er een galblaaskoliek. U merkt dit aan hevige pijnaanvallen in de bovenbuik. Waarschuw dan een arts. Een leveraandoening of alvleesklierontsteking merkt u aan een gevoelige, opgezwollen buik of een gele verkleuring van het oogwit of van de huid. Waarschuw dan een arts. Mensen met een hoog vetgehalte in het bloed (hyperlipidemie) hebben meer risico op een alvleesklierontsteking. Overleg hierover met uw arts.

  • Als u acute porfyrie heeft, een stofwisselingsziekte waarbij men aanvallen krijgt van buikpijn, braken, koorts en hartkloppingen: dit medicijn kan een aanval uitlokken.

    Geef aan de apotheker door dat u acute porfyrie heeft. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn of andere uitlokkende medicijnen niet krijgt.

Uitleg frequenties

Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen

Mag ik vaginale ring met ethinylestradiol en etonogestrel gebruiken met andere medicijnen?

Dit medicijn heeft wisselwerkingen met andere medicijnen. In de tekst hieronder staan alleen de werkzame stoffen van deze medicijnen, dus niet de merknamen. Of uw medicijn een van die werkzame stoffen bevat, kunt u nagaan in uw bijsluiter onder het kopje ‘samenstelling’.

De medicijnen waarmee de belangrijkste wisselwerkingen optreden, zijn de volgende.

  • Tamoxifen en fulvestrant (anti-oestrogenen) en anastrozol, exemestaan en letrozol (aromatase-remmers) die gebruikt worden bij bepaalde vormen van borstkanker. Deze middelen en ethinylestradiol kunnen elkaars werking tegengaan. Overleg met uw arts.
  • Lamotrigine, een medicijn tegen epilepsie. De hoeveelheid hiervan in uw bloed kan afnemen. U kunt beter een andere vorm van anticonceptie kiezen. Overleg met uw arts.
  • Sommige medicijnen tegen hiv en hepatitis C. Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat.

De volgende medicijnen verminderen ook de betrouwbaarheid van de vaginale ring. Mogelijk vervangt uw arts het medicijn. Of misschien krijgt u een ander anticonceptiemiddel, zoals een spiraaltje of de prikpil. Als dit niet mogelijk is, kunt u condooms gebruiken. Als u stopt met het medicijn is het effect op de hormonen nog vier weken aanwezig. Gebruik daarom condooms tijdens en tot en met vier weken na het stoppen van dit medicijn.

  • Bosentan, een medicijn dat wordt gebruikt bij pulmonale arteriële hypertensie, een ernstige vorm van hoge bloeddruk in de longen. Omdat bosentan schadelijk kan zijn voor de ongeboren baby is het extra belangrijk om zwangerschap te voorkomen.
  • Griseofulvine, een antischimmelmiddel.
  • De medicijnen tegen epilepsie carbamazepine, fenobarbital, fenytoïne, oxcarbazepine, perampanel, primidon, rufinamide en topiramaat.
  • De medicijnen tegen misselijkheid en braken aprepitant en fosaprepitant.
  • De medicijnen tegen tuberculose, rifampicine en rifabutine.
  • Modafinil, een medicijn dat gebruikt wordt bij narcolepsie (plotselinge slaapaanvallen).
  • Sint-janskruid (hypericum), een kruidenmiddel tegen depressieve klachten. Overleg met uw arts.

Twijfelt u eraan of een van de bovenstaande wisselwerkingen voor u van belang is? Neem dan contact op met uw apotheker of arts.

Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?

autorijden, alcohol drinken en alles eten?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.

Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?

Zwangerschap
Gebleken is dat het gebruik van de anticonceptiepil gedurende de eerste maanden van een eventuele zwangerschap geen kwaad doet aan de baby. Verwacht wordt dat dat bij de ring hetzelfde is.

Borstvoeding
Vanaf 6 weken na de bevalling kunt u de vaginale ring veilig gebruiken tijdens het geven van borstvoeding. De hormonen uit de vaginale ring komen in een zeer kleine hoeveelheid in de moedermelk. Dit is waarschijnlijk niet schadelijk voor de baby. Over het gebruik tot 6 weken na de bevalling is nog te weinig bekend. Gebruik tot 6 weken liever een ander voorbehoedmiddel, zoals condooms.

Hoe gebruik ik dit medicijn?

Kijk voor de juiste dosering op het etiket van de apotheek of in de bijsluiter.

Hoe?

  • Was uw handen voor het inbrengen.
  • Knijp de flexibele ring iets samen en breng hem hoog in de vagina. Dit lukt het best als u staat met een been omhoog op een krukje of stoel of als u ligt. De ring moet comfortabel zitten.
  • Draag de ring continu gedurende 3 weken. Daarna verwijdert u de ring door er met een vinger achter te haken en de ring uit de vagina te trekken.
  • Spoel de ring niet weg door de wc, maar stop hem weer in het afsluitbare zakje. Deze kan zonder gevaar voor het milieu bij het huisvuil worden weggegooid. Zorg ervoor dat kleine kinderen er niet bij kunnen komen.
  • Na 3 weken volgt een pauze van 7 dagen. Tijdens deze pauze zal een bloeding optreden die lijkt op een menstruatie.

Wilt u uw menstruatie uitstellen? Breng dan na het verwijderen van de oude ring direct een nieuwe ring in. Deze ring kunt u dan weer 3 weken gebruiken. Ga door met het gebruik van de ring zonder stopweek, zolang u de menstruatie wilt uitstellen. U kunt de menstruatie maximaal 1 jaar uitstellen. Zie ook Menstruatie uitstellen op Thuisarts.nl.

Wanneer? 
Om zeker te zijn van een betrouwbare anticonceptie moet u de eerste keer de ring plaatsen op het volgende moment:

  • als u voorafgaand geen andere anticonceptiepil heeft gebruikt: tussen de eerste en de vijfde dag van de menstruatie de ring plaatsen. Gebruik de eerste 7 dagen een extra voorbehoedmiddel, bijvoorbeeld een condoom;
  • als u voorafgaand een gewone anticonceptiepil heeft gebruikt: uiterlijk op de eerste dag na de pauzeweek of na de week met pillen met niet-werkzame stof de ring plaatsen. Als u de pil volledig volgens de voorschriften heeft gebruikt, is het ook mogelijk om op een andere dag van uw cyclus te stoppen met het nemen van de pil en meteen over te schakelen naar de ring;
  • als u voorafgaand een anticonceptiepleister heeft gebruikt: uiterlijk 7 dagen na het verwijderen van de laatste pleister de ring plaatsen. Als u de pleister volledig volgens de voorschriften heeft gebruikt, is het ook mogelijk om op een andere dag van uw cyclus met het gebruik van de pleister te stoppen en meteen over te schakelen naar de ring;
  • als u voorafgaand de minipil heeft gebruikt: u kunt op elk gewenst moment overschakelen op de vaginale ring. Gebruik de eerste 7 dagen een extra voorbehoedmiddel, bijvoorbeeld een condoom;
  • als u voorafgaand de prikpil of het implantatiestaafje heeft gebruikt: u kunt de ring plaatsen op de dag dat u anders de prikpil zou krijgen of op de dag dat het implantatiestaafje is verwijderd. Gebruik de eerste 7 dagen een extra voorbehoedmiddel, bijvoorbeeld een condoom;
  • na een bevalling: meestal zal de arts u adviseren eerst een gewone menstruatie af te wachten, voordat u met de ring kunt beginnen. In sommige gevallen kan ook eerder worden begonnen. Vraag advies aan uw arts;
  • na een miskraam of abortus: vraag advies aan uw arts.

Hoe lang?

  • U mag 1 ring 3 weken achtereen dragen. Mocht u de ring vergeten op tijd eruit te halen, dan is de werking nog betrouwbaar tot maximaal 4 weken na het inbrengen, dus nog een week extra. U kunt na verwijderen gewoon een stopweek inlassen en daarna een nieuwe ring inbrengen.

Als u rookt, is het verstandig rond uw 35ste levensjaar een andere methode van anticonceptie te kiezen. U heeft dan een verhoogd risico op hart- en vaatziekten.

Als u niet rookt, kunt u de vaginale ring ook na uw 35ste levensjaar doorgebruiken. Er is geen reden te stoppen als u de vaginale ring al jaren achtereen gebruikt, behalve als u zwanger wilt worden.

Bent u ouder dan vijftig, dan heeft u kans dat u in de overgang bent. Wilt u weten of dit het geval is? Stop dan met het gebruik van de vaginale ring en kijk of u nog menstrueert.

Als de menstruatie niet meer komt, weet u dat u in de overgang bent. Misschien merkt u dit ook aan opvliegers, zweetaanvallen en een droge pijnlijke vagina. Deze klachten worden door het gebruik van de vaginale ring onderdrukt, dus u zou deze ring daarvoor kunnen gebruiken. Beter is het speciale hormonen tegen overgangsklachten gebruiken. Deze bevatten namelijk minder sterke vrouwelijke geslachtshormonen. Vraag uw arts hiernaar.